Onze ogen bewegen de hele dag om de wereld om ons heen goed te kunnen zien en om te kunnen lezen. Dit gaat gepaard met continue zeer snelle oogbewegingen; sprongsgewijze instelbeweging afgewisseld met vloeiende volgbewegingen. Om iedere oogbol zitten 6 spiertjes die deze bewegingen mogelijk maken.
Bij het lezen moeten onze ogen vloeiend van links naar rechts over de regel gaan, en met een sprong weer terug naar het begin van de volgende regel. Als de aansturing van de in totaal 12 oogspiertjes niet helemaal goed gaat, dan lijkt het beeld onrustig te zijn. Marjan kan met eenvoudige tests zien of dit een probleem bij je is, we noemen dat wiebelogen.
Het kan ook zijn dat het onrustige beeld ontstaat doordat de netvliescellen van je linker- en je rechteroog niet helemaal met elkaar corresponderen, dan praten we over fixatie disparatie.
Een combinatie van wiebelogen en fixatie diparatie komt ook voor.